Bij het opwarmen van de melk is het probleem met de zwarte bodem van de pot en de oneetbare melk heel gemakkelijk te voorkomen. Met slechts een paar kleine trucjes kan iedereen zonder problemen ontspannen en melk opwarmen. Het gaat om geduld en gevoel als garantie dat het lukt. Houd je gewoon aan de volgende twee benaderingen. Afhankelijk van hoeveel tijd je beschikbaar hebt, kun je de melk langzaam of snel verwarmen:
1. Langzame melkverwarming omvat de hele pot als warmtebron en vereist geduld.
Vul de gewenste hoeveelheid melk in een pan zodat deze niet meer dan halfvol is. Breng de melk aan de kook op laag tot middelhoog vuur. Het kleine vlammetje bevordert ook de verspreiding van warmte naar de potwanden, zodat de melk niet alleen snel van onderaf wordt verwarmd, maar ook van de zijkanten van de pot stuk voor stuk. Roer de melk af en toe door zodat je het niet vergeet. Je kunt zien dat de melk warm is aan het feit dat er lichte bubbels ontstaan en de melk schuimend naar boven komt. Haal ze dan van de kachel.
2. Snelle melkverwarming vereist een goed oog en constant roeren.
Neem een pot half gevuld met de gewenste hoeveelheid melk en zet deze op zeer warm vuur op het vuur. Het is belangrijk dat je de hele tijd naast de pot gaat staan en de melk heel vaak roert met een houten lepel. Zo kun je voorkomen dat de lactose reageert met de warmte van de bodem van de pot, karamelliseert en een bruine laag aan de bodem hecht. Wanneer de melk weer schuimt, haal je de pot van het vuur.
Met geduld en het juiste gevoel kun je je melk op deze twee manieren verwarmen zonder de ervaring van de bruine laag op de bodem van de pot te herhalen. Snel opgewarmde melk vereist veel roeren, terwijl langzaam opgewarmde melk meer geduld vereist.